Zondag 30 september 2018 : 26e Zondag door het B-jaar
Introitus: Omnia * quae fecisti
Graduale: Oculi omnium
Alleluia: Paratum cor meum
Offertorium: Super flumina
Communio: Memento * verbi tui
De bijbellezingen van vandaag volgen hierna:
1e
Lezing: Numeri 11,25-29
De Geest van de Heer niet beletten
Evangelie: Marcus 9,38-43.45.47-48 Belet de groei van het Godsrijk niet
38 Johannes zei tegen Hem: ‘Meester, we hebben iemand in uw naam demonen zien uitdrijven, en wij hebben hem tegengehouden, omdat hij geen volgeling van ons was.’ 39 Maar Jezus zei: ‘Houd hem niet tegen, want iemand die in mijn naam een machtige daad verricht, zal niet gauw kwaad van Me spreken. 40 Immers, wie niet tegen ons is, is vóór ons. 41 Want als iemand je een beker water geeft omdat jullie van Christus zijn, Ik verzeker jullie, zijn loon zal hem niet ontgaan. 42 Wie één van deze kleinen die op Mij vertrouwen ten val brengt, kan beter met een molensteen om zijn nek in zee geworpen worden. 43 Als je hand je ten val brengt, hak haar dan af; je kunt beter verminkt het leven ingaan dan met twee handen in de hel verdwijnen, in het onblusbaar vuur. 45 Als je voet je ten val brengt, hak hem dan af; je kunt beter kreupel het leven ingaan dan met twee voeten in de hel gegooid worden. 47 Als je oog je ten val brengt, ruk het dan uit; je kunt beter met één oog het koninkrijk van God ingaan dan met twee ogen in de hel gegooid worden, 48 waar hun worm niet van ophouden weet en het vuur niet dooft. 49 Want iedereen zal met vuur gezouten worden. 50 Zout is iets goeds. Maar als het zout zouteloos wordt, waarmee zul je het dan weer zout maken? Heb zout in jezelf, en leef in vrede met elkaar.’